Terwijl ik op een lift van een bekende stond te wachten pikte ik wat flarden van een gesprek tussen twee mannen die vlakbij mij stonden op. Een van hen was druk aan het praten. Hij stond ietwat gebogen, zijn hoofd druk maar krampachtig tussen zijn schouders bewegend. “Ja, ik doe mijn best, weet je,” hoorde ik hem zeggen en zag hem vervolgens ietwat schichtig om zich heen kijken, terwijl hij een paar onzeker aandoende stapjes achterwaarts deed en weer tot dichtbij de man voor hem terug kwam. Kort grijnsde hij naar de ander maar wachtte er geen reactie mee af omdat zijn blik zich vanuit een nog dieper gebogen houding naar de stoeptegels wendde. De andere man stond kaarsrecht en bijna bewegingloos tegenover hem. Alleen op momenten dat zijn gesprekspartner wat langer naar de tegels keek durfde hij kennelijk om zich heen te kijken. Vlug zoekend, alsof hij een aanknopingspunt zocht om zich voor verder aanhoren te kunnen verontschuldigen. “Ik doe alles waar ze om vragen, zo goed als ik kan, maar het is gewoon nooit goed genoeg. Volgens mij zijn ze eigenlijk gewoon op zoek naar een robot en willen ze me gewoon weg hebben,” hoorde ik de eerste verder vertellen. “Maar goed, ik doe gewoon alles wat ze vragen en mij krijgen ze echt niet zomaar weg.”
Mijn lift arriveerde en ik stapte in. Terwijl we wegreden zag ik nog net dat de andere man zijn horloge als laatste redmiddel had weten te gebruiken om vervolgens gehaast weg te kunnen lopen. De man die zo zijn best had gedaan in een ogenschijnlijk verslagen houding achterlatend.
Een paar dagen later voerde ik een gesprek met iemand die op zoek was naar werk. Toen hij nadrukkelijk vertelde dat hij ‘gewoon altijd zijn best doet’, kwam de gedachte aan het korte voorval eerder die week weer even naar boven. “Ik zorg altijd dat ik precies weet wat ze vragen en doe er alles aan om daaraan te voldoen. Ik vertel ze dan ook altijd dat ik bereid ben om alles te doen wat ze van me verlangen,” zei hij.
In weer een ander gesprek daarna vertelde iemand mij dat hij jaren lang zijn best had gedaan om zich in te zetten voor het bedrijf waarvoor hij werkte. Hij had zonder mokken alle vereiste cursussen gedaan, hoe vreselijk hij dat soms ook had gevonden. Uiteindelijk had hij het niet meer volgehouden en was hij op 54 jarige leeftijd in een burnout geraakt waardoor hij ruim negen maanden uit het arbeidsproces was geraakt. Toen hij na die tijd terug was gekeerd, om weer rustig op te bouwen, voelde hij dat hij zijn oude werktempo niet meer zou kunnen oppakken. De toppen van zijn kunnen waren in sterke mate afgevlakt en hij wist dat hij nooit meer de ‘onvermoeibare’ collega zou kunnen zijn die voor alles en iedereen zijn stinkende best deed. Hij hield zichzelf voor dat hij een ander mens was geworden door zijn burnout. Er mankeerde nu immers van alles aan hem en hij had niet meer het vermogen om op zijn oude toppen te functioneren. Hij zag daarbij niet in dat hij het zelf was die een negatief oordeel over zichzelf velde, door te kijken vanuit een perspectief waarvan hij slechts veronderstelde dat het de kijk van zijn chef en collega’s zou zijn. Zonder zich af te vragen of dit een reëel beeld was, of het zelfs ook maar te staven, voelde hij zich hierdoor anders, incompleet en zelfs waardeloos. Het maakte hem diep ongelukkig omdat hij niet meer kon zijn wie hij slechts dacht te zijn door de ogen van de ander.
In dergelijke gesprekken ervaar je de verslagenheid van het eindeloze zwoegen in het almaar ‘je best doen’ voor iets – of iemand anders. In het ‘ik doe mijn best’ blijkt vaak een ‘voorbijgaan aan zichzelf’ verscholen te zitten. Het ‘moeten voldoen aan’ is dikwijls de nog enige overgebleven focus geworden. Helaas zonder zo nu en dan nog eens goed te kijken naar wie men diep van binnen zelf eigenlijk (nog) is.
Desondanks, hoe diep men vaak ook zit, kunnen een aantal betrekkelijk simpele vragen ineens het begin vormen van een hernieuwde kijk op het leven.
- Waar liggen jouw interesses?
- Waar ben je goed in?
- Waardoor raak je geïnspireerd?
- Waar word je gelukkig van?
De vragen op zich komen natuurlijk vaker voorbij, maar het dieper onderzoeken van het enthousiasme, de passie en het verlangen die daar achter schuilen kan een mens opnieuw doen opbloeien. En als je goed oplet hoef je na een of meer van deze vragen alleen maar te reageren op hetgeen je aan de ander ziet;“Jee, je straalt helemaal, nu we het hier ineens over hebben.” Hiermee ervaar je het effect van positieve aandacht voor de ander (erkenning) en kun je samen nieuwe openingen creëren. Ineens voelt zo iemand weer dat men unieke eigenschappen bezit en voelt men dat hij/zij er daarom toe doet. Hoe simpel kan het zijn!
Afgelopen maand interviewde ik (voor een project in wording)een viertal mensen die elk een zekere bekendheid hebben verworven door de religieuze-/ spirituele weg die zij ooit besloten in te slaan. Elk van hen vond zijn/haar eigen weg vanuit een andere religie/stroming maar eenieder ontdekte op eigenwijze dat je jezelf vindt wanneer je naar de essentie van jouw eigen binnenste luistert.
Stel je maar eens voor dat je volledig stil wordt, zonder daarbij buiten jezelf te denken. Op dat moment ben je volledig met jezelf in je eigen ruimte;gedachte, gevoel, gewaarwording. Zelfs nuchter bekeken is het vrij logisch datje daar jezelf in de meest pure vorm kunt ervaren. En van daaruit kun je dan ook het beste jouw persoonlijke krachten ontdekken die je verder kunnen brengen om dat te doen waar jij goed in bent, zodat je op een plek terecht kunt komen waar jij je zo prettig mogelijk voelt.
Het is echter niet iedereen gegeven of zelfs niet een ieders wens om zichzelf al dan niet in opperste volledigheid terug te trekken in zichzelf (retraite) om tot inzicht te komen. Ik wil ook niemand een religie of geloof opdringen of aanpraten – daarin is iedereen immers vrij – om tot een innerlijk of hoger weten te komen. Wat ik de mensen hierbij wel hoop mee te geven is dat zij zichzelf vaak een heel stuk gelukkiger kunnen voelen als ze meer zouden kijken naar de unieke, persoonlijke eigenschappen en vaardigheden die ze met zich meedragen en waarmee ze zich kunnen onderscheiden – diploma’s, certificaten en onderscheidingen zelfs nog buiten beschouwing gelaten.
Je best doen begint altijd bij jezelf. Waarom zou je dan niet eens focussen op dat wat jou uniek en dus buitengewoon de moeite waard maakt, zodat je het (ook) voor jezelf doet? De rest zou eigenlijk bijzaak moeten zijn, zodat niets anders je nog uit het lood zou hoeven doen slaan. Dat dit gemakkelijker gezegd is dan gedaan is soms absoluut een feit, maar als iets de moeite waard is om je voor in te zetten is dat het wel. Doe je best!